'De' bijbel is niet één boek, maar een verzameling
- Bert Overbeek
- 25 jul
- 5 minuten om te lezen
Bijgewerkt op: 2 aug

Het is tijd om eens wat informatie te geven over de bijbel, want als ergens veel onzin over wordt verkondigd, dan is het wel over deze verzameling van boeken. Om je kennis wat te verbreden maar even wat feitjes.
-De bijbel bestaat uit 66 boeken, die ergens in Mesopotamië beginnen en in Rome eindigen. Men heeft het boek opgedeeld in een oud en een nieuw testament. Althans: de christelijke wereld. In het jodendom kent men alleen het oude testament, dat daar TeNaCH heet. Dit is een afkorting van Torah, Newiim (profeten) en Chetubim (geschriften).
-Mensen hebben het vaak over de bijbel alsof het één boek is. Dat is het niet. Het is een verzameling boeken, die in een periode van minstens 1500 jaar (!) tot stand zijn gekomen. Teruggerekend vanuit onze tijd, zou dat betekenen dat we binnenkort een boek uitgeven dat we in het jaar 500 begonnen zijn. Dat is nog voordat bijvoorbeeld de vikingen er waren. De middeleeuwen moeten dan nog komen. Een erg lange periode dus.
-De boeken zijn in verschillende talen geschreven. Het Oude Testament is in het oud Hebreeuws geschreven, maar Daniël in het Aramees. Het Nieuwe Testament is echter in het Grieks geschreven, meer specifiek in een volks soort Grieks, het zogenaamde koinè. Soms komt er een citaat van Jezus voorbij (‘tabitha koemie’, ‘lama sabachtani’) en dat is dan in het Aramees, niet in het Hebreeuws. Het nieuwe testament heeft echter al het Hebreeuws en Aramees vertaald.
-De bijbel is niet geschreven door één schrijver, zoals sommige mensen denken. Het is ook niet altijd duidelijk wie de schrijver van een boek is. Het was een gebruik in de oudheid (en de middeleeuwen) om boeken of kunstwerken toe te schrijven aan grootheden met een belangrijke reputatie. De boeken van Mozes zijn bijvoorbeeld toegeschreven aan Mozes, maar in die boeken wordt over Mozes geschreven, dus kunnen onmogelijk allemaal door Mozes geschreven zijn. (We weten trouwens niet eens of Mozes een historische of mythologische figuur is, of beide.)
-Bijbel (inclusief het NT) en kerk worden vaak aan elkaar gekoppeld. Dat wil ik hier loskoppelen. De kerk lijkt gebaseerd op de bijbel, en veel mensen kennen de bijbel via de kerk, maar het is zeker geen twee-eenheid.
Dit komt uit een tijd dat heel veel manuscripten van de grondtekst van de bijbel. nog niet gevonden waren, zoals in onze tijd. Ze maakten destijds gebruik van een Latijnse vertaling, de Vulgata. Dat heeft voor heel wat misverstanden gezorgd, met name waar het ging over de eeuwigheid. Dit werd ‘Romeins’ en ‘Grieks’ geïnterpreteerd.
Waar het Joodse denken, ook dat van Jezus, zich steeds richtte op een koninkrijk der hemelen op aarde, deed het Romeinse en Grieks-Hellenistische denken zich op het leven na de dood. Overal in de bijbel doken ineens de hemel, de eeuwigheid en de hel op. Ik benadruk dat deze manier van denken vreemd was aan het Jodendom en aan Jezus. Ik kom daarop terug in een volgend artikel.
-De Bijbelboeken zijn geen sprookjesboek of fabeltjeskrant, zoals sommige atheïsten graag beweren. Ze behoren tot een ander literair genre. Er komen mythes en wonderen in voor, zeker, zoals in alle literatuur van die tijd. De schrijvers waren niet altijd geïnteresseerd in louter historische beschrijvingen, zoals wij in onze tijd. Ze wilden de boel nogal eens ‘versieren’ met wonderverhalen, en daarme staan ze middenin de gewoontes van hun tijd.
Een bijzonder literair genre dat we tegenkomen in het NT is de zogenaamde ‘midrasj’. Een midrasj is een oude Joodse manier om de Bijbel beter te begrijpen. Het woord betekent: iets onderzoeken of uitleggen. Soms legt een midrasj een regel uit, soms vertelt het een extra verhaal.Er zijn twee soorten: één over wetten, en één met verhalen en lessen.De ene soort zegt wat je wel of niet mag doen (dit noemt men halacha).De andere vertelt verhalen met een boodschap (dit noemt men aggada).
Midrasjim verzinnen soms dingen die niet letterlijk in de Bijbel staan. Ze helpen mensen om beter te snappen wat God bedoelt. Ze maken de Bijbel levend en leerzaam, ook voor nu. Een joodse manier van storytelling, zou je kunnen zeggen die Jezus gekend zal hebben.
-De gebeurtenissen uit het oude en nieuwe testament zijn moeilijk te dateren. Ook al omdat de manuscripten waaruit de bijbel is samengesteld nooit uit de tijd komen, waarin ze geschreven zijn. Was het maar zo! En bestond er maar 1 grondtekst!±
-De grondteksten van het oude (OT) en nieuwe testament (NT) die we nu kennen, en waarop onze Nederlandse vertalingen gebaseerd zijn, zijn gereconstrueerd uit 5.800 Griekse manuscripten (ik reken de andere talen niet mee). Deze manuscripten verschillen sterk in ouderdom, volledigheid en kwaliteit. Het oudste bekende NT fragment is een klein stukje uit het evangelie van Johannes dat rond het jaar 125 na Christus wordt gedateerd.
-Overigens is dankzij deze enorme hoeveelheid bronnen het Nieuwe Testament het best gedocumenteerde werk uit de oudheid. Geen enkel ander antiek geschrift is overgeleverd in zoveel manuscripten, in zoveel talen en over zo'n lange periode. Hierdoor kunnen tekstwetenschappers met grote nauwkeurigheid de oorspronkelijke tekst reconstrueren, ondanks het feit dat de oorspronkelijke handschriften verloren zijn gegaan.
-De grondtekst van het Oude Testament is oorspronkelijk geschreven in het Hebreeuws, met enkele stukken in het Aramees. De belangrijkste bron is de Masoretische Tekst, die tussen de 7e en 10e eeuw na Christus nauwkeurig werd overgeleverd door Joodse schriftgeleerden. Deze versie is eeuwenlang als standaard gebruikt binnen het jodendom en christendom.
-Een belangrijke aanvulling kwam met de vondst van de Dode Zee-rollen, die dateren van vóór het jaar 70 na Christus. Deze bevatten fragmenten van bijna alle boeken van het Oude Testament en laten zien dat er in de oudheid meerdere tekstversies in omloop waren, zoals voorlopers van de Masoretische Tekst, de Griekse Septuaginta en de Samaritaanse Pentateuch.
-Hoewel er minder manuscripten zijn dan van het Nieuwe Testament, zijn het er nog steeds duizenden. Door vergelijking met oude vertalingen, zoals de Septuaginta, de Syrische Peshitta en de Latijnse Vulgaat, kunnen onderzoekers een goed beeld vormen van de oorspronkelijke tekst van het Oude Testament.
-De bijbel is in de loop der eeuwen samengesteld. Er is de nodige discussie geweest over welke boeken wel of niet tot de bijbelse canon behoren. Al vanaf de 4e eeuw was men bezig met deze vraag. Ergens in de 16e eeuw waren zowel de katholieke als de protestantse bijbel ‘af’.
Kortom: de Bijbel is geen boek uit één stuk, maar een complexe, eeuwenlange verzameling teksten met uiteenlopende stijlen, doelen en geschiedenissen. Veel populaire ideeën over de Bijbel berusten op misverstanden of overgeleverde tradities die niet altijd standhouden onder historisch of tekstkritisch onderzoek.
Wie zich echt in de achtergrond, samenstelling en context van deze teksten verdiept, ontdekt niet alleen hoe bijzonder deze verzameling is, maar ook hoe gelaagd, menselijk en historisch geworteld ze is.
Daarin zit ook haar kracht: het laat zien hoe mensen eeuwenlang zochten naar betekenis, richting en verbinding met het goddelijke, op een manier die nog steeds tot denken stemt.



Opmerkingen